Hoekpunt Commando
- Hoekpunt( <Kegelsnede> )
-
Geeft alle toppen van een kegelsnede.
- Hoekpunt( <Lijnstuk>, <Index> )
-
Geeft het begin- of eindpunt van een lijnstuk.
-
met A=(2,0), B=(5,4) en a=Lijnstuk(A,B) creëert
Hoekpunt(a,1)
een punt C = (2, 0).
- Hoekpunt( <Ongelijkheid> )
-
Geeft de snijpunten van de begrenzingen.
-
Hoekpunt((x + y < 3) && (x - y > 1))
geeft het punt A = (2, 1). -
{Hoekpunt((x + y < 3) ∧ (x - y > 1) && (y > - 2))}
geeft lijst1 = \{(2, 1), (5, -2), (-1, -2)}. -
Hoekpunt((y > x²) ∧ (y < x))
geeft twee punten A = (0, 0) en B = (1, 1). -
{Hoekpunt((y > x²) ∧ (y < x))}
geeft lijst1 = \{(0, 0), (1, 1)}.
- Hoekpunt( <Veelhoek> )
-
Geeft alle hoekpunten van de veelhoek.
- Hoekpunt( <Veelhoek>, <Index> )
-
Geeft het n-de hoekpunt van de veelhoek.
Je verkrijgt alle hoekpunten van de objecten veelhoek / kegelsnede / ongelijkheden in een lijst met het commando
|
Het commando Hoekpunt is de vertaling van het Engelse Vertex. Vertex wordt in het Engels zowel gebruikt voor de toppen van een kegelsnede, de eindpunten van een lijnstuk, snijpunten van begrenzingen in een ongelijkheid en de hoekpunten van een veelhoek, terwijl het Nederlands vier verschillende benamingen gebruikt. We kozen Hoekpunt' omdat het commando in deze toepassing het meest gebruikt wordt. |